‘Je bent nooit te klein om een groot verschil te maken’. 7 kinderboeken over duurzaamheid voor kleuters.

Je bent nooit te klein om een groot verschil te maken.

Een mooie (en ware!) quote van de kaft van een van de boeken met duurzaamheid als thema die ik onlangs in de bieb leende.

Als je kinderen wilt leren of meegeven om zuinig te zijn op de aarde (en hun spullen, wat daarmee samenhangt) is dat volgens mij in de eerste plaats een kwestie van voorleven. Goed voorbeeld doet goed volgen, dus als jij bijvoorbeeld – met wat aanstekelijk enthousiasme – niet alleen vertelt over recyclen maar je kinderen ook daadwerkelijk betrekt bij vuilnis scheiden en weggooien, is de kans groter dat ze er a.) iets van meekrijgen en b.) het leuk/belangrijk gaan vinden.

Voorleven

Voorleven dus, of voordoen. Sowieso nuttig als ouder, helemaal als het om dingen gaat die voor jouzelf erg belangrijk zijn. Elia en Noël weten waarom ik geen vlees en vis eet. Zelf eten ze het (nog) wel, maar weinig. Ik hoop dat ze later, als ze oud genoeg zijn om hier een bewuste keuze in te maken, het uit eigen beweging niet meer zullen willen. Dat gaan we meemaken.

Wat ze wél nu al doen, is uit zichzelf bedenken wat ze met hun speelgoed kunnen doen wanneer ze erop uitgekeken zijn. Dankzij mijn briljant bedachte idee (;-)) gebruiken we de kringloopwinkel als een soort ruilmarkt. Ze leveren hun oude speelgoed in, en mogen dan iets ‘nieuws’ uitkiezen. Uiteindelijk gaan we altijd met minder naar huis dan dat we gekomen zijn. Ze weten heel goed dat de spullen daar eerder van iemand anders waren en Elia begrijpt zelfs waarom dat beter is (Noël nog niet, maar dat maakt hem verder niet uit want nieuw speelgoed is nieuw speelgoed). Zij blij, ik blij.

Voorlezen

Van voorleven naar voorlezen, nog zo’n handige manier om kinderen spelenderwijs iets te leren. Ik lees heel veel (voor) en vind het superleuk dat ze daar nu, naarmate ze ouder worden, zelf ook meer geduld voor hebben. Extra leuk is dat de boeken die ik kies ook steeds minder kinderachtig hoeven zijn, omdat met name Elia al veel begrijpt.

Deze boeken zijn leuk én leerzaam voor kleuters. Mijn eigen kinderen zijn 4 en 6, ik zal er per boek bijzetten voor welke leeftijd het ongeveer geschikt is.

1. Georgina Stevens – Stella en de zeemeeuw (vanaf 4 jaar)

Wanneer Stella’s vriendin de zeemeeuw ziek wordt omdat ze plastic heeft gegeten van het strand, voelt Stella zich erg machteloos en verdrietig. Ze wil er alles aan doen om van het strand een schonere plek te maken. Ze organiseert een strandschoonmaak en vraagt hulp aan de producent van haar favoriete chocolade. Iedereen in de buurt hoort van haar ideeën en haar passie, en er beginnen dingen te veranderen…

Sowieso al leuk omdat het hoofdpersonage (Stella) een gekleurd meisje is. Een heel duidelijk en ook beetje zielig verhaal over een meisje dat vrienden is met een zeemeeuw. Maar op een dag wordt die zeemeeuw ziek, omdat ze te veel plastic in haar maag heeft. Stella besluit daarop een schoonmaakfeest te organiseren én een brief te schrijven naar het bedrijf dat plastic chocoladewikkels maakt. Dat heeft effect. Een leerzaam boekje met gekleurde tekeningen, leuk vanaf 4 jaar.

2. Mary Hoffman – Het grote groene boek (vanaf 7 jaar)

Het grote groene boek is vrolijk opgezet en speels geïllustreerd. Het brengt een belangrijke boodschap: de planeet heeft ons nodig! Het grote groene boek spreekt kinderen aan als een serieuze gesprekspartner en laat zien wat zij kunnen doen om onze planeet gezond te houden. En waarom dat noodzakelijk is. Zo ontdekken ze het belang van oceanen en regenwouden en leren wat ze kunnen doen om een steentje bij te dragen aan het gezond houden van onze planeet. Deze uitgave zet aan tot concrete acties, zoals de kraan dichtdraaien of de verwarming wat lager zetten, maar ook tot het nadenken over hoe we in de toekomst de planeet leefbaar kunnen houden. Een belangrijk, uitdagend, maar bovenal ook humoristisch boek!

Dit boek is wel wat moeilijker dan de vorige. Ik heb Elia (6 jaar) er een gesimplificeerde versie van voorgelezen, dat ging prima. En leidde tot een mooi gesprek over waar onze meubels van gemaakt zijn. Maar voor een écht goed begrip hiervan denk ik dat je beter een kind van 7, 8 jaar moet hebben. Er staat namelijk heel veel informatie in en niet in verhaaltjesvorm. Het gaat over onder andere hoe bomen zuurstof maken, hoe je als mens zuiniger kunt omgaan met licht en energie en er staan ook voorbeelden in van kritische vragen die je als kind kunt stellen.

3. Sophie Blackall – Als je naar de aarde komt (vanaf 4 jaar)

Hoe leg je aan iemand die de aarde nog niet kent uit wat hier allemaal te zien is? Er zijn zoveel verschillende mensen, in alle kleuren, soorten en maten. En al die mensen dragen andere kleren, hebben hobby’s, gaan naar school of werk. Er zijn steden, dorpen, bossen, rivieren, bergen en heel veel dieren. Veel te veel om in één boek te laten zien, toch? Niet voor Quinn. Hij weet precies wat een buitenaardse bezoeker moet weten, en hij begint zo: ‘Als je naar de aarde komt moet je een paar dingen weten… We zijn allemaal anders, maar iedereen is bijzonder. En samen delen we een prachtige planeet.’

Waar de vorige twee boeken vrij letterlijk over duurzaamheid gaan, daar is de opzet van dit boek breder. Het toont aan hoe het leven op aarde eruit ziet. Met prachtige tekeningen laat het zien dat we allemaal anders (en allemaal even goed!) zijn en hoe we samen leven en elkaar kunnen helpen. De boodschap ligt er dik bovenop – net als in eigenlijk alle kinderboeken -, maar ik vind dit boek bijzonder geslaagd omdat het de auteur gelukt is zulke veelzijdige en soms toch ook wat ‘zware’ thema’s heel mooi en eenvoudig weer te geven. Dit is mijn favoriet van deze vijf, grote (groene!) aanrader (ook leuk om als kado te geven)!

4. Judith Koppens & Andy Egel – Natte voeten (vanaf 4 jaar)

Muis en Duif wonen in de stad. Als ze na een flinke regenbui buiten willen spelen, is het overal nog nat. Ze besluiten op bezoek te gaan bij hun vrienden in het bos. ‘Komen jullie ook een keer bij ons op bezoek?’ vraagt Muis na afloop. De vriendjes in het bos hebben daar eigenlijk niet zo’n zin in. In het bos is de grond lekker droog en in de stad liggen overal plassen. Daar krijgen ze natte voeten van! Gelukkig weet Uil een oplossing.

De Klimaatjesreeks is een serie boeken waarin de hoofdpersonages laten zien hoe je zelf je leefwereld mooier/groener kunt maken. Bol zegt dat het vanaf 5 jaar is, volgens mij kan dit prima vanaf 4. Noël vindt het in elk geval erg leuk! Natte voeten gaat over de plassen in de stad, die het moeilijk maken om na een regenbui buiten te spelen. In het bos zijn veel minder plassen. Hoe kan dat? De oplossing ligt in het letterlijk ‘groener maken’ van de stad. Dat doen de dieren spelenderwijs door een stoeptegel weg te halen en een (mini)tuintje te planten. Leuk boekje, maar wel wat aan de prijzige kant (met € 15,95 maar 4 euro goedkoper dan mijn #1 boek hierboven…).

5. Judith Koppens – plasticsoep (vanaf 4 jaar)

De Klimaatjes genieten van de zon en de zee. Wanneer Kikker een frisse duik neemt, lijkt hij daarna wel een plastic zeemonster. Er plakt allemaal rommel aan zijn kikkerlijf! Gelukkig weten de Klimaatjes een oplossing.

Nog een boek van de Klimaatjesreeks (er zijn er nog meer). In Plasticsoep komen kikker en vos erachter dat er wel erg veel plastic rommel in de zee drijft. Daardoor kunnen ze niet eens lekker zwemmen! Hoe komt dat plastic daar? En, belangrijker, hoe kunnen we ervoor zorgen dat dat minder (of liefst helemaal niet) gebeurt? Een grappig boekje – mijn favoriete stukje is dat Duif zich schaamt omdat ze zoveel plastic tasjes gebruikt – dat uitnodigt tot vragen stellen. Zo vroeg Elia zich af of alleen plastic in de zee terechtkwam, of ook andere dingen? We hebben toen gepraat over het verschil tussen een stoffen zak en een plastic zak en hoe vaak je die allebei kunt hergebruiken. Zelf vind ik Plasticsoep leuker/beter dan Natte voeten, omdat het nog iets meer tot de verbeelding spreekt. Ik ben van plan de andere Klimaatjesboeken ook nog eens te lenen, dan zal ik laten weten wat ik van die vind :). Voor nu veel (voor)leesplezier!

6. Zoe Tucker – Greta en de reuzen (vanaf 5 jaar)

Greta woont in een prachtig bos dat wordt wordt bedreigd door reuzen. Toen de reuzen het bos ontdekten, kapten ze bomen zodat ze huizen konden bouwen. Daarna hakten ze nog meer bomen om en bouwden ze nog grotere huizen. Die huizen vormden dorpen, de dorpen groeiden uit tot steden en nu is er bijna geen bos meer over. De dieren in het bos roepen Greta’s hulp in. Gelukkig heeft ze een idee…

Mooi vormgegeven boek, geïnspireerd op de beroemdste jonge duurzaamheidsstrijder Greta Thunberg. Voor een kind is het erg makkelijk om partij voor Greta en de dieren (en dus tegen de verwoestende mensen) te kiezen, waardoor de boodschap beter blijft hangen. Het is iets ingewikkelder dan bijvoorbeeld de boeken uit de Klimaatjes reeks, maar met wat ouderlijke uitleg erbij prima te begrijpen vanaf een jaar of 5.

7. M.G. Leonard – Sprookje over een tandenborstel (vanaf 5 jaar)

Sofies allerleukste gele tandenborstel heet Sammie. Maar wanneer Sammies beste dagen erop zitten, gooit de moeder van Sofie hem weg. Sofie en Sammie zijn allebei ontroostbaar. Sammie reist de wereld over om Sofie terug te vinden. Onderweg ontmoet hij ander plastic afval en dieren die tussen het plastic leven.

Een verhaal over plastic in de zee, met mooie illustraties en veel uitleg. Daardoor wellicht iets te moeilijk voor de écht kleintjes, maar mijn jongste zoon – van inmiddels vijf jaar – snapt dit goed. Het is bovendien spannend en avontuurlijk, want de tandenborstel maakt van alles mee. Het boek geeft ook mogelijke oplossingen voor het plasticprobleem.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *