Twee is nee, vier is plezier. Waarom ik zo geniet van de huidige fase.

*Foto’s door Ayla Maagdenberg

Ik zei het al eerder: Elke fase in een kinderleven heeft iets leuks. Maar sommige vind ik leuker dan andere. Over het algemeen vind ik mijn kinderen leuker naarmate ze ouder worden.

Nee wacht, dat is niet helemaal waar. Ik vind het leuker omdat het makkelijker is (voor mijzelf). Omdat ik niet meer 24 uur per dag in de zorgmodus hoef te staan en omdat ik een deel van mijn o zo gekoesterde me-time teruggekregen heb.

Ze zeggen ’twee is nee’, omdat dreumesen nou eenmaal graag ‘nee’ zeggen op alles. Ook op dingen die ze eigenlijk wél willen. Dat maakt dat er op een dag nogal wat botsingen zijn: momenten waarop je niet met je kindje op één lijn zit, momenten waarop dat kind zich eigenlijk onredelijk gedraagt, terwijl je ook nog geen redelijkheid kunt en mag verwachten op die leeftijd. Het is schipperen tussen het voorkomen van een driftbui en het sussen van diezelfde driftbui.

Tweejarigen zijn enorm schattig, maar ook intens vermoeiend. Zeker als ze geen middagdutje meer doen en hun motortje rond 17.00 eigenlijk wel leeg is. Waar ze dan vervolgens natuurlijk ook niet aan toegeven, maar zich tegen blijven verzetten, waardoor ook het naar bed brengen kan uitmonden in een klein drama. Kan, hoeft niet, want ik ken ook verhalen van zeer meegaande tweejarigen (al zijn die in de minderheid).

Het klinkt nu net alsof tweejarigen vreselijk zijn. Dat zijn ze niet. Ze zijn ook enorm schattig en hebben nog wat babyvetjes waardoor ze op kleine gerimpelde bejaarden lijken als ze een tijdje in bad zitten. Ze maken kleine zinnetjes die voor de rest van de wereld onverstaanbaar zijn en ze dribbelen als pasgeboren veulens.

Maar… ik kan toch volmondig zeggen dat ik vierjarigen, althans mijn vierjarige ;-), leuker vind. Noël begrijpt steeds meer van de wereld, is (mede daardoor) ook meer voor rede vatbaar. Hij is nog steeds een temperamentvol meneertje, maar dat uit zich tegenwoordig meer in een korte woedeaanval dan in een driftbui van een halfuur. Met zijn extraverte karakter heeft hij zichtbaar veel plezier in het leven. Hij gaat graag naar school, maar kruipt ’s avonds voor het slapen ook nog steeds als een baby’tje tegen me aan en slaat zijn armpjes om mijn nek. Hij speelt steeds vaker en langer alleen, terwijl hij in een brabbeltaaltje tegen zijn speelgoed kletst en hij sluit compromissen met zijn grote broer in plaats van alles van hem af te pakken.

Dus ja, twee is nee. En wat drie is weet ik niet. Maar: vier is plezier!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *