Sms’en en kaartlezen. Waarom ik blij ben dat ik opgroeide in een wereld zonder social media.

Oma vertelt…

Vroeger, toen ik een kind was, hadden we geen computer thuis. Laat staan internet. Op de basisschool schreef ik al mijn werkstukken met de hand (en een vulpen!) en mijn eerste mobiel kreeg ik pas toen ik op de middelbare school was. Het was een blauwe Nokia met een klepje en ik was er superblij mee, want zo kon ik eindelijk buiten schooltijd om sms’en (!) met mijn vriendje. Ik herinner me nog goed hoe de eerste computer – een enorm ding – zijn intrede deed in onze woonkamer. Ik mocht er tien minuten per dag op, want om internet te hebben moest je inbellen en dat was duur. Dus belde ik van tevoren met vriendinnen om te vragen of ze ook op MSN kwamen zodat we daar met elkaar konden kletsen. Overigens was MSN ook de plek waar mijn jeugdliefde mij voor het eerst op een date vroeg – iets wat hij (en ik!) in real life nooit gedurfd had. Dus in die zin ben ik het wereldwijde web dankbaar. Maar verder ben ik toch vooral heel blij dat ik opgroeide met een beperkte toegang tot internet…

Instagram vatbaar

Als ik aan mezelf als pubermeisje denk, dan heb ik een redelijk zorgeloze puberteit gehad. Er was liefdesverdriet en er waren de klassieke ruzies om onvoldoendes, maar ik had (en heb ;-)) een fijne vriendinnengroep en ik ging met plezier naar school. Wel was ik altijd vrij veel bezig met hoe ik eruit zag. Zoals veel meisjes in de puberteit was ik ook best vatbaar of beïnvloedbaar door wat ik elders zag. Bij oudere meiden of in modetijdschriften. Ik experimenteerde graag en heb periodes gehad dat ik dagelijks blauwe oogschaduw droeg (prachtig maar niet heus) en dat ik op schoenen met hele hoge plateauzolen liep (want dat hadden de Spice Girls ook). Had ik destijds toegang tot Instagram of een app als Snapchat gehad, waarbij jezelf met een paar klikken slanker of meer sexy maakt, dan had ik daar zeker gretig gebruik van gemaakt. Met alle gevolgen van dien. Ik had er sowieso uren aan besteed, en mijn zelfbeeld/onzekerheid was het niet ten goede gekomen.

MSN en sms

WhatsApp was er niet, Facebook evenmin. We konden wel sms’en, maar dat kostte geld, dus dat deed ik niet te veel. MSN was wel razend populair en heb ik vrij veel gebruikt. Vooral om met jongens te chatten. Voordeel was dat iedereen online meer durfde te zeggen dan in het echte leven en dat het flirten makkelijker maakte. De keerzijde ervan was dat het soms bijna weer té makkelijk werd, of juist ongemakkelijk eigenlijk, omdat je – wanneer je elkaar de dag erna in het echt zag – soms toch weer twijfelde. Een van mijn exvriendjes gebruikte zelden MSN. Eerst baalde ik daarvan, want hij zat ook een klas hoger dan ik, dus veel mogelijkheden om elkaar in het echt te spreken waren er niet. Tegelijkertijd was dat, zeker als ik erop terugkijk, juist ook wel weer leuk. Zijn rooster stiekem memoriseren en dan bij gedeelde tussenuren geheel toevallig aan dezelfde tafel aanschuiven, hem na schooltijd opwachten in de fietsenstalling waar mijn fiets, wederom geheel toevallig, naast de zijne geparkeerd stond… Contact ‘in het echt’ is wel authentieker vind ik, en heeft daarom zijn charme. Dat dat echte, directe contact steeds minder wordt, vind ik wel jammer en ook kwalijk. Als ik op een willekeurige pauze op mijn werk door de gangen van de school loop, is het vaak stil. Leerlingen zitten nog wel naast elkaar, maar dat is meer voor de vorm, want iedereen kijkt op zijn eigen schermpje. Desalniettemin zie ik zeker de voordelen van zoiets als WhatsApp, zeker voor kinderen die niet uitblinken in contacten leggen en vrienden maken.

Kaartlezen

En dan kaartlezen. Ik heb nooit veel op welke kaart dan ook gelezen, en tegenwoordig is Google Maps mijn redding bij elke reis. Ik heb wel levendige herinneringen aan autovakanties met uitvouwbare kaarten en discussies daarover. Het gaat me dan ook niet om kaartlezen op zich, ik denk niet per se dat mijn kinderen daar iets aan missen, maar wel aan het grenzeloze vertrouwen dat de jeugd (en ikzelf soms ook) heeft in de technologie. Het klassieke voorbeeld van iemand die midden in het weiland met autopech staat ‘omdat de mobiel zei dat ik hier linksaf moet’ is grappig, maar tegelijkertijd best dichtbij de werkelijkheid. Het is prima om gebruik te maken van de mogelijkheden die internet je biedt, maar je moet wel zelf blijven nadenken. Hoe ga je je redden als er ergens geen internet is, of als je batterij leeg is en je geen oplader bij je hebt?

Ik weet dat mijn kinderen opgroeien in een heel ander tijdperk dan ikzelf. Eentje met Instagram of andere, vergelijkbare apps, waarin ze een groot gedeelte van hun dagen achter schermen zullen doorbrengen. Misschien ben ik traditioneel of ouderwets, maar ik stel dat moment het liefst zo lang mogelijk uit. En ik ben blij met het tijdperk waarin ik zelf ben opgegroeid.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *