
Ik probeer mijn mening over opvoeden voor me te houden. Maar dat lukt niet altijd.
Ik heb best wel een sterke mening over veel dingen. Soms ook over dingen die er eigenlijk helemaal niet zoveel toe doen. Dus je kunt je wel voorstellen hoe gepassioneerd ik soms kan zijn als het over opvoeden gaat, een onderwerp dat dichtbij me staat, en niet alleen door deze blog.
Tegelijkertijd heb ik een gruwelijke hekel aan van die ‘oordeelmoeders’, die te pas en te onpas klaar staan om hun mening (oordeel) te ventileren over andermans’ opvoeding. Terwijl je puntje bij paaltje eigenlijk nooit het recht hebt om dat te doen, en bovendien ook geen realistisch beeld ervan. Misschien lijkt het op foto’s of blogs wel alsof die kinderen de hele dag simpel voor de tv chips zitten te eten, maar zijn het in werkelijkheid sportieve leerlingen die in hun vrije tijd een cursus Latijn doen. En zelfs als je beeld wél klopt, wie ben jij dan om er iets van te zeggen?
Precies. Niemand. Leven en laten leven. Ik ben immers ook geen perfecte moeder, al vind ik zelf dat ik veel dingen goed doe – dat komt ook enkel en alleen maar door wat ik zelf als ‘goed’ beschouw. Dat weet ik allemaal. En toch vind ik het soms zo moeilijk om mijn mening voor me te houden… met name wanneer het over de volgende onderwerpen gaat:
Schermtijd
Kinderen die onbeperkt toegang hebben tot tv, tablets, mobiels etc. Ik vind het iets zieligs hebben voor die kinderen, en iets gemakzuchtigs van de ouders. Als je moet thuiswerken terwijl iedereen in quarantaine zit dan snap ik volkomen dat je Netflix als oppas gebruikt, echt waar, maar ook in die tijden heb ik dagschema’s gezien waarvan ik dacht: wat? Dat zag er dan bijvoorbeeld zo uit:
8.00 opstaan en ontbijten, spelen, 9-11 tv, 11-13 lunchen en buitenspelen, 13-17 tv, avondeten en in bad, nog een uurtje tv kijken en dan naar bed. Een snelle rekensom leert ons dat dat zeven uur (ZEVEN UUR!) per dag is dat de tv aan staat. En dan kun je Klokhuis en weet ik veel wat voor educatieve programma’s opzetten, maar ik vind dit – zeker voor basisschoolkinderen – van de zotte. Soms werpen ouders dan tegen dat hun kinderen er niet voortdurend naar kijken, want op een gegeven moment zijn ze het zat. En dat snap ik wel. Maar waarom dan niet dat moment vóór zijn? Aanbod schept vraag, is mijn mening (en ervaring). Kinderen die beperkt schermtijd krijgen en dat weten, vragen er ook niet om de haverklap om. Wat ik laatst op Facebook – ja ja, een zeer betrouwbare bron – las, vond ik helemaal verbazingwekkend. 1 op de 3 kleuters (!) had een tv op zijn of haar slaapkamer (!). Waarom…
Worden kinderen echt slechter van dat vele staren naar een scherm (want dat doen ze op een gegeven moment, staren…)? Dat denk ik niet per se. Maar het is gewoon zo ontzettend zonde. Van de tijd die ze ook hadden kunnen besteden aan spelen, aan sociale contacten hebben, aan hun eigen fantasie gebruiken om zo te leren zichzelf niet te vervelen. Oké, mijn punt is duidelijk. Ik heb een sterke mening over schermtijd ;).
(Ongezond) eten
Het volgende onderwerp waar ik een tamelijk sterke mening over heb: eten. Ik geloof dat het als ouder je taak, plicht is om je kinderen enigszins gezonde dingen aan te bieden. Je kunt er immers niet op vertrouwen, en ook niet van ze verwachten, dat ze uit zichzelf gezonde keuzes maken. Dat moet je ze aanleren, ook door zelf het goede voorbeeld te geven. Dat betekent dus niet dat ik pleit voor een 100% suikervrije opvoeding (knappe ouders trouwens die dat wel lukt!) of dat ik vind dat kinderen nooit een glas limonade of een koekje zouden moeten krijgen. Maar een standaard avondeten dat bestaat uit cola, friet en hamburgers? Dat kan toch niet de bedoeling van welke weldenkende volwassene dan ook zijn?
Ik zag dit eens in een YouTube filmpje waarbij de ouders restaurantje speelden voor hun zoons. Op zich een lief, leuk idee, maar die kinderen kregen dus het meest ongezonde maal ooit voorgeschoteld. En ze zagen er niet uit alsof dat eenmalig was (ze hadden trouwens allebei ook behoorlijk overgewicht…). Maar, nogmaals: ik weet dat niet zeker. Misschien was het wél een uitzondering, of misschien hadden de jongetjes een ziekte waardoor ze zwaarder dan gemiddeld waren. Ik acht die kans niet groot, maar het kan…

(Geen) grenzen stellen
Deze laatste klinkt misschien wat vreemd uit mijn mond, omdat ik mezelf niet als strenge moeder beschouw. Ik denk dat ik best ver meebuig in de wensen en verlangens van mijn kinderen, en ik vind dat prima (het is immers ook een bewuste keuze). Maar er zijn zeker regels, en die zijn heilig en belangrijk. En door mijzelf vastgesteld.
Ik geloof dat kinderen regels nodig hebben, net zoals ze een bepaalde structuur nodig hebben. Het volkomen grenzeloze opvoeden vind ik ergens bewonderenswaardig, maar ergens bezorgt het me ook een ongemakkelijk gevoel. Volgens mij is bijvoorbeeld geen enkele peuter in staat om een mening te vormen, laat staan te onderhandelen, over dingen als bed- of (jawel) schermtijd.
Een beetje in hetzelfde straatje is een waargebeurd verhaal dat ik las in de Viva (of was het de Flair?) over een moeder die radeloos werd van het agressieve gedrag van haar peuterdochter. Die dochter terroriseerde de hele boel, mishandelde haar babybroertje, schopte, sloeg, spuugde, keerde het drinkbakje van de hond 100 keer per dag om en werd wild als iets ook maar even niet ging zoals zij het wil. De oplossing van de moeder? Vriendelijk vragen of ze ermee op wilde houden en, wanneer dat niet werkte – toegeven. Dat vind ik dan ergens ook zielig voor een kind. Meeleven, ja. Compromissen sluiten, soms ook ja. Maar allerlei dingen die je écht niet vind kunnen toch maar tolereren om de lieve vrede te bewaren? Dat is geen opvoeden. Dat is jezelf tot slaaf van je eigen kind maken. En je kind tot een verwende prins(es).
Zo, dat was het, heb ik even fijn toch mijn ongezouten mening kunnen geven zonder een specifieke persoon aan te vallen ;).
Jeetje Carmen, ik durf je nooit meer thuis uit te nodigen 😉
En gewoon zo op tafel die hele trommel met chocoladekoekjes!!
Hahaha echt hè!