
Moe – moeder – moeist. 2,5 jaar onderbroken nachten and counting…
Die nachten… dat hemelse gevoel wanneer je acht uur aan een stuk door geslapen hebt… dat gehuil dat ‘afgaat’ terwijl de wekker nog (lang) niet gaat… Mijn jongste zoon is niet zo’n goede slaper.
Verwend
We waren eigenlijk ook verwend zonder dat zelf te beseffen. Elia sliep vrij gauw door, toen hij een maand of vier was sliep hij wel acht uur achter elkaar. Toen Noël vier maanden was, had hij nog nooit meer dan 2,5 uur achter elkaar geslapen. Ook door de verborgen reflux natuurlijk, maar ook omdat hij van nature een slechtere slaper is. Het duurt langer voor hij in slaap is, hij is veel onrustiger qua bewegingen, hij slaapt lichter en hij komt moeilijker weer zelf in slaap als hij eenmaal wakker geworden is.
Noël is nu 2 jaar en 8 maanden. Sinds een paar maanden slaapt hij af en toe door. Maar vaak ook nog niet. Als we geluk hebben wordt hij 1 keer wakker en is hij snel te troosten door hem wat te aaien of wat water te geven, maar in het slechtste geval is hij anderhalfuur lang wakker midden in de nacht. Waarom? Geen idee. De laatste tijd lijkt hij soms vooral enorm boos als hij ’s nachts wakker wordt. Hij begint dan te krijsen en allerlei dingen te commanderen, die hij vervolgens toch niet meer wil. “Mama weg! Mama komen! Boekje lezen! Water drinken! Deur open! Deur niet open! Wil geen water!“. Op zich best grappig, maar niet om 3 uur ’s nachts…
En ja, ik wéét dat er moeders zijn met kindjes die nog 10 keer ‘erger’ zijn dan Noël, maar dat maakt het voor mij niet minder vermoeiend. Die moeders wens ik heeeel veel sterkte, en mezelf wens ik wat meer ononderbroken nachten…
De psychologische druk
De ellende begint voor mij niet pas midden in de nacht op het moment dat hij gaat huilen. Ook daarvoor al, bij het naar bed gaan, merk ik dat ik minder gerust ga slapen. Ik denk dan toch ‘ik hoop echt dat hij vannacht niet wakker wordt’ of ‘laat hem dan alsjeblieft niet óók nog voor zevenen opstaan’…
Als doorslapen een ding wordt
Een jaar gelezen beschreef ik in dit stuk – ‘Mijn zoon van anderhalf heeft nog geen nacht doorgeslapen en ik vind dat prima’ – de redenen waarom ik het bieden van troost en geborgenheid ’s nachts belangrijker vind dan mijn eigen nachtrust. Is dat nu anders? Nee. Wat wél anders is, is dat ik moeier ben. En dat ik eigenlijk wel gehoopt had dat hij het (doorslapen) intussen op natuurlijke wijze geleerd zou hebben. Nog steeds vind ik zijn behoeftes, overdag én ’s nachts, belangrijker dan mijn eigen, maar ik merk dat ik het steeds ietsje moeilijker te accepteren vind. Terwijl precies dat wel is wat ik graag wil. Maar dat is soms makkelijker gezegd dan gedaan, juist op die nachten dat ik 2 uur lang met hem bezig ben. Gelukkig (even afkloppen) is het zelden zo dramatisch, en komen we de meeste nachten door met 1 of 2 keer even naar hem toe gaan voor wat water of een aai of knuffel. Dat is dus prima, behalve dat ik daarna vaak nog best lang klaarwakker lig. En als er iets vervelender is dan niet kunnen slapen, dan is het niet kunnen slapen terwijl de kinderen wel slapen, en terwijl je weet dat je er de volgende ochtend weer om 7 uur uit moet.
Wederom: 7 uur klinkt voor andere ouders vast als uitslapen, en ik heb zelf zeker ook tijden gekend dat ik elke morgen om 5u gewekt werd door een klein stemmetje, en vergeleken daarmee is dit een piece of cake. Maar, zoals ik een moeder ooit terecht hoorde opmerken, met dit soort vervelende dingen (zoals vermoeidheid) is het niet of-of, maar en-en. Andere moeders zijn ongetwijfeld moeier dan ik. Maar ik ben ook moe. En ik hoop van harte over nog een jaar (liever nog eerder…) een blog te kunnen schrijven met als titel:
Mijn beide zoons slapen door en ik vind dat prima. 😉