
“Natuurlijk mag je nagellak op”. Wordt mijn kind (later) de dupe van mijn ruimdenkendheid?
Van de week was ik mijn nagels aan het lakken. Mag ik ook?, vroeg mijn oudste zoon. Natuurlijk, zei ik. De rest van de dag en de dag erna liep hij rond met blauwe nagels. Totdat mijn moeder het eraf haalde. Wat nog bijna in een discussie was geëindigd. Zij vond dat hij niet met gelakte nagels naar de crèche kon – ik vond van wel.
Dit is slechts een voorbeeld van dingen waarin ik, al zeg ik het zelf, best ruimdenkend ben. Als Elia dat later wil, mag hij wat mij betreft ook in een jurk naar school. Of zijn haar lang laten groeien. Of oorbellen. Ik vind het allemaal even prima. Maar zijn klasgenootjes of diens ouders misschien wel niet. En ik zou absoluut niet willen dat hij ermee gepest werd, ook al vind ik dat (de angst dat hij er mogelijk mee gepest zou kunnen worden) geen reden om het dan maar te verbieden. Nog twee gebieden waarop ik, denk ik, best ruimdenkend ben zijn onderwijs & relaties.
Alternatieve vormen van onderwijs
Als juf zie ik veel voordelen aan het Nederlandse onderwijssysteem. De kwaliteit van onderwijs is (over het algemeen) goed, leerkrachten zijn bevoegd, er is in scholen steeds meer aandacht voor differentiëren en voor het creëren van een veilig lesklimaat. Toch doorlopen leerlingen in veel gevallen nog steeds een vrij voorspelbare en tradionele route, van stampen en feiten uit het hoofd leren, van de ene toets naar de volgende toets, van het eindexamen naar de volgende studie. Nu vind ik dat er met toetsen op zich niks mis is, maar ik heb wel mijn vraagtekens bij de vorm waarin veel onderwijs gegeven wordt, en dan met name met de nadruk op cognitieve vaardigheden. Vernieuwende scholen, waar ze bijvoorbeeld alle niveaus in 1 klas bij elkaar doen of waarin ze experimenteren met grote groepen met meerdere leraren, spreken me dan ook erg aan. Niet omdat ik per se denk dat dat beter is – wel omdat ik denk dat we het simpelweg niet weten, en omdat er maar 1 manier is om erachter te komen… Ik zou er dus zeker voor open staan om de jongens later naar een ‘bijzondere’ school te sturen.
Relaties
Polyamorie. Een trio. Een homoseksueel stel met al dan niet geadopteerde kinderen. Een open relatie. Een samengesteld gezin. Een langeafstandsrelatie. Een (veel) oudere man met een jongere vrouw of andersom. Twee tieners met een kinderwens. Wat mij betreft moet het allemaal kunnen, en ik heb zelf ook wat onconventionele relaties gehad. Zo heb ik een tijdje een lange afstandsrelatie met een Mexicaan gehad, en zo was mijn ex 17 jaar ouder dan ik. Om er maar een cliché in te gooien: love is love, no matter who’s feeling it.
Ik geloof niet in monogamie, en ook niet in zoiets als De Ware – jaja, ik ben echt een romanticus ;-). Ik geloof wél in elkaar met respect behandelen, en dat hoop ik dan ook vooral aan mijn zoons door te geven. Maar als zij zich buiten de gebaande paden willen begeven en willen experimenteren op liefdesgebied, dan hebben ze mijn zegen. Als ze voor advies naar me toe komen later (ik denk het niet, maar je weet maar nooit), dan geef ik ze dat natuurlijk graag, maar ik zou nooit aansturen op een ‘klassiek’ huisje-boompje-beestje gezin, puur omdat dat nou eenmaal zo hoort. Iets doen ‘omdat het zo hoort’ of omdat mensen dat van je verwachten, vind ik sowieso een slechte reden. Ik zou wél heel graag ooit oma worden, dat lijkt me (nu al) fantastisch, dus wellicht kan ik daar wel op aansturen ;-).
In plaats van dingen af te keuren of te verbieden, zou ik mijn zoons dus liever weerbaarder maken en ze uitleggen dat er mensen bestaan die zoiets (zoals nagellak) raar vinden, maar dat ze daarmee om kunnen (leren) gaan.