Ze doen niet wat je zegt, maar ze doen wat je dóét – 5x voorbeelden uit de praktijk

Je kunt nog zo je best doen in de opvoeding. Maar als je zelf het verkeerde voorbeeld geeft, anders doet dan je zelf graag zou willen, dan kun je nog zo hard van de daken schreeuwen dat je kinderen iets op een bepaalde manier moeten doen. Dan doen ze wat je laat zien.

Dan kun je er nog zo van balen en proberen je zelfkennis in te slikken, maar uitkomen doet het toch wel. Ik kwam erachter dat ik soms in de praktijk iets anders zou willen, maar dat dit zo diep in me zit, dat ik de kinderen onbewust soms andere dingen meegeef.

Volg je me nog?

Ik heb naar mezelf gekeken en heb gezocht naar momenten dat ik iets anders zeg dan ik in de praktijk breng. Dusssss here they come:

  1. “Als je naar de wc moet, dan moet je juist niet haasten.” hehe, dit zeg ik tegen de kinderen als ze moeten en we nog een paar minuten in de auto zitten. Wat doet moeders wanneer ze naar de wc moet. Racen, extra sprintje trekken 😉
  2. Niet gillen of schreeuwen. Natuurlijk doe ik dit niet dagelijks, maar ik schreeuw heel af en toe wel tegen Kobe of Vicky als ze over mijn grens zijn gegaan en ik gewoon echt even niet de puf heb om mezelf in te houden. Lekker voorbeeld mama…
  3. Gezond eten. Ik doe alsof fruit een toetje of snoep is en vertel de kindjes vaak dat ze van groente en vitamine goed groeien. Maar zelf snaai ik toch ’s avonds (vooral in het weekend) in een bak met chips en nootjes. Het is dan vaak wel als de kinderen op bed liggen, maar toch zullen ze er wel iets van meekrijgen. Misschien als ze dat lege bakje die ochtend erna nog zien staan? Whoops.
  4. “Nu is het klaar met je beeldschermtijd.” Maar vervolgens wel op mijn telefoon zitten; continu mijn appjes checken of reageren op iemand op Instagram. Niet helemaal wat ik van mijn kinderen verwacht later… En ook niet het voorbeeld dat ik wil geven. Graag wil ik ze vertellen dat ze niet maar als iemand anders de tijd neemt om jou te appen, dat ze er dan klaar voor moeten staan. Maar dat ze op hún tijd moeten reageren.
  5. En dan, last but not least: opruimen en hygiëne. “Was je je handen even? Je bent op het strand geweest.” “Wil je je speelgoed even opruimen?” Natuurlijk ruim ik op en was ik mijn handen. Natuurlijk zit ik niet aan mijn nagels als ik op de bank zit. Dat denk ik. Maar soms gebeurt het tóch. Onbewust misschien? Als ik rommel heb gemaakt in huis, maar vervolgens wel mijn kinderen vraag om alles op te ruimen; is dat dan fair? Nope 🙂

Vroeger zat ik op een lyceum waar ze ook filosofie en les in verschillende geloven gaven. Een van de tien geboden kwam meermaals langs. Eentje ervan was:  ‘Wat gij niet wilt dat u geschiedtdoe dat ook een ander niet.’ Kortom: wat je zelf een ander verwijt, doe dit ook zeker niet zelf :).

Ik beloof vanaf nu mezelf wat meer te beteugelen en meer te doen wat ik ook aan mijn kinderen vraag.

Wat doe jij anders dan wat je je kinderen vraagt? Ben erg benieuwd!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *