Grappige uitspraken van Elia #14

*Foto’s door Ayla Maagdenberg

De grappige uitspraken van Elia zijn inmiddels al een tijdje niet meer van Elia, maar ook van Noël. Voor de continuïteit noem ik het nog steeds ‘grappige uitspraken van Elia’. En ik heb er weer tien:

1) Vuurwerk boeven.

Wanneer we op 2 januari ’s ochtends vroeg een rondje fietsen, ligt er vuurwerk op straat.

Elia: “Hebben mensen dat afgestoken?”
Ik: “Ja.”
Elia: “Maar dat mag toch niet meer?”
Ik: “Nee, maar sommige mensen doen het toch. Stiekem.”
Elia: “Waar zijn die mensen nu dan?”
Ik: “Binnen.”

Elia: “In de gevangenis? Zijn ze allemaal opgepakt?!”

2) Het alziend oog.

We gaan over een rotonde fietsen en Elia remt af.

Ik: “Heel goed dat je afremt, want sommige auto’s kijken niet goed uit.”
Elia: “Wat zeg jij nou? Auto’s kunnen toch niet uitkijken want ze hebben geen ogen.”

3) Lekker voedzaam.

Ik ben bezig een pakketje uit te pakken dat net bezorgd is. Er zitten onder meer kleurpotloden in.

Elia: “Wat gaan we vandaag eten?”
Ik houd de kleurpotloden omhoog en zeg: “Kijk!”

Elia: “Gaan we kleurpotloden eten?”

4) Ja, baas.

Ik ga met de jongens buiten spelen. Hun vader blijft thuis om te koken.

Elia: “En als we terug zijn is het avondeten klaar.”

5) Lievelings.

Elia is met zijn vader bezig om voetbalplaatjes in te plakken. Hij vindt een plaatje van Lieke Mertens.

Elia: “Kijk papa, je lievelingsmeisje!”

6) Lekker complimenteus.

Noël tegen mij: “Je wordt steeds dikker en dikker.”
Ik: “Pardon?”
Noël: “Ja dat zegt papa.”

7) Kwestie van prioriteiten.

Noël: “Bij de opvang gaan we altijd eerst een liedje zingen voordat we gaan eten. Behalve als er een baby huilt.”
Ik: “O ja, want dan moet die baby eerst getroost worden?”
Noël: “Dat niet.”

8) Baas boven baas.

Ik: “Ik hou van jou tot de maan en weer terug.”
Noël: “Ik hou van jou tot oma’s huis en weer terug.” (= 1 km)

9) Grote broer zijn is zo vermoeiend.

Noël rekt tijd voor het naar bed gaan. Hij wil steeds een andere knuffel uit Elia’s kamer en houdt daarbij ook Elia wakker. Uiteindelijk pak ik konijntje voor hem.

Ik: “Noël, je hebt nu konijntje, nu is het klaar, we gaan nu echt naar bed.”

Elia (zuchtend): “Ja. Ik heb echt een lange dag gehad.”

10) Het is maar hoe je het bekijkt.

Noël rent voor me uit en blijft keurig wachten op het punt waar ik zei dat hij moest wachten.

Noël: “Ik ben er al.”
Ik: “Ja, je bent ook zo snel.”

Noël: “Nee. Jij bent gewoon langzaam.”





Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *