
Is ‘samen delen, samen spelen’ verleden tijd?
Het is bijna een soort mantra geworden de afgelopen paar jaar: ‘Samen delen, samen spelen’. De leidsters van de crèche herhaalden het tot in den treure. Maar nu, zes jaar nadat ik dit concept leerde kennen, is dit onze samenleving ontgroeid. Een moeder van een vriendinnetje van Vicky vertelde me gisteren dat dit tegenwoordig niet meer van deze tijd is. “Waarom zou je alles maar samen moeten delen? En kinderen niet gewoon leren om geduld te hebben en om de beurt te spelen met speelgoed? Ik was benieuwd wat de wetenschap hier over te zeggen heeft.

Wat leren kinderen van samen delen?
Vaak vertellen wij ouders rondom een ruzie, discussie of wanneer kinderen stoeien om een speeltje, dat ze samen moeten spelen of delen. Wij als ouders beslissen dan dus eigenlijk voor hen wanneer ze moeten delen. We zetten een wekker of grijpen in als het mis gaat, maar “Samen delen samen spelen” komt altijd op een moment dat de kindjes niet zo blij zijn. Het is altijd in combinatie met strijd. Wat ze leren van delen? Ja, dat iedereen hetzelfde recht heeft op speeltijd. Maar ook: delen is niet per sé iets wat je doet omdat je het zelf graag wil, maar omdat je het moet.
Wanneer is delen wél fijn?
Op Psychogoed lees ik het volgende:
Kinderen leren beter delen als ze merken dat delen fijn is. […] Geef je kind dus de controle en laat hem of haar bepalen wanneer de ander met het speelgoed mag spelen.
Bron
Laura Markham (2018). Peaceful Parent, Happy Siblings: How To Stop the Fighting and Raise Friends for Life.
‘Mijn kind controle geven wanneer hij een speeltje afgeeft?’ hoor ik je denken. Ja, dat dacht ik aan het begin ook. Maar toen begon ik er langer over na te denken. Je kind leren anderen dingen te gunnen. Je kind leren geduld te hebben, af te wachten en te begrijpen dat je soms niet meteen kunt krijgen wat je wilt, is best nuttig, lijkt me. Hoe bot is het om een kind midden in zijn spel eruit te halen, alleen maar omdat een ander kindje jaloers is en graag óók met dat speeltje wil spelen. Puur en alleen omdat ze het interessant vinden omdat iemand anders ermee speelt. Het gebeurt vaak genoeg dat de interesse voor het speeltje weg is zodra het overgegeven is.. De hele uitdaging valt dan weg 😉
Helemaal niet delen is toch ook niet oké?
Nee, dat denk ik ook niet. Maar als je dit als ouder enigszins begeleidt, dan kan dit wel een goede ontwikkeling voor kinderen zijn. De ‘wachter’ leert geduld hebben, leert om te gaan met teleurstelling en het besef dat hij niet alles meteen kan krijgen waar iemand anders mee speelt. De ‘deler’ leert zelf naar zijn eigen gevoel te luisteren; wanneer ben ik hier klaar mee? En de ‘deler’ leert ook dat het goed voelt om iemand anders blij te maken.
Hier nog een interessante video over ‘sharing is caring’: