Op reis met twee kleintjes. Wat ging er – minder – goed?

Afgelopen drie weken heb ik samen met mijn gezin (!) in een camper door West-Amerika heen gereisd. We hebben welgeteld vier staten aangetikt en 4.000 km afgereden. Het was een geweldige reis, met heel erg veel hoogtepunten; We vlogen met de helikopter boven de Grand Canyon, hebben de mooiste zonsondergangen gezien, liepen door de Anteloppe Canyon, reden door sprookjesachtig Zion en hebben de grootste en vetste Amerikaanse maaltijden gegeten. Omdat je bij je reisverhaal natuurlijk vooral de mooie momenten wilt laten zien, maar er met twee kinderen ook genoeg dingen zijn waar we tegenaan liepen, dacht ik hier even een mooi rijtje van op te stellen. Want; wat ging er goed en wat minder?

GOED: De camper!

Oh wat fijn was dit. Altijd je huis bij je. Altijd dat toilet als er een ongelukje gebeurde, die bank om Vicky op te verschonen, dat bed als we ergens zouden stranden (maakt rustig). Kortom; awesome! Het rijden zelf gaat wat stroever dan de auto die we thuis voor de deur hebben staan, maar ik liet M. gewoon vaak genoeg rijden. We hadden een camper met alles erop en eraan, je kon er dus in slapen, douchen, koken en eten. Het feit dat je met zo’n motorhome op een camping staat betekent dus niet dat je met een wc-rol de camping over moet lopen om een grote boodschap te doen. Of dat je met natte haren vanaf de douche naar je tent moet lopen. Het was lekker weer, dus we hebben de meeste ochtenden buiten ontbeten en konden de generator gebruiken voor elektriciteit om de nodige koffie in de ochtend te kunnen zetten of de magnetron te gebruiken voor Vicky haar melk of hapjes. Ik moet dan ook wel zeggen dat we daarnaast ook redelijk geluk hebben gehad in de (weers)omstandigheden. Al had ik een regen- en onweersbuitje ook wel gezellig en knus gevonden.

Alleen jammer dat we de camper niet meteen (ivm jetlag) konden ophalen..

GOED: Slapen!

Op elke camping konden wij nog in redelijke rust een wijntje doen bij het kampvuur terwijl de kindjes lagen te slapen. Dit is natuurlijk niet voor elk kind – slaaptechnisch – weggelegd. Maar Kobe en Vicky deden het gelukkig zo goed al in de eerste dagen, dat de avondjes voor de camper met slapende kinderen op meer dan 1 hand te tellen zijn geweest;)

 Echt: halleluja!

MINDER: Uit eten. Wachtrij voor een restaurant met kids

Ook met kinderen houden wij van lekker eten. Toen we – zonder dat dit het plan was – op dinsdagavond aankwamen aan de kust vlak boven LA, vertelde Foursquare ons dat we niet langs de ‘Shellfish bar’ te kunnen rijden zonder daar vis te proeven. Dat wilden we dan ook gaan doen. Echter stond er al een groepje mensen voor de deur te wachten. Was wat ons betreft eigenlijk al een teken om extra graag naar binnen te willen; zal het wachten wel waard zijn! Dus wij onze naam opschrijven. Die volgende 30 minuten waren de langste van de hele vakantie. En nee, weglopen was onze eer te na.

Uit eten? Doen! Maar dan wel om 17u al in een restaurant met veel ruimte en zonder wachtrij.. of een wel heul aantrekkelijke omgeving hebben om nog doorheen te wandelen. Óf natuurlijk gewoon de Frozen Let it goooooo vibe in jezelf loslaten en gaan!!!

MINDER: Heel veel rijden & routes vergeten te checken.

Op zich is rijden in de camper heel fijn. Het hobbelen van de wagen liet de Maxi Cosi zo op en neer gaan dat Vicky redelijk vaak en lang sliep. De momenten dat ze geen zin had om te slapen waren er helaas toch ook best vaak. Als je dan nog 6 uur moet om bij een mooie plek te komen is dat wel te overleven, maar eigenlijk teveel. De volgende rit zou ik toch voor wat minder kilometers tussen de campings/stopplekken zorgen..

Daarnaast heb ik hier ook wel weer wat geleerd. Om altijd even te kijken of er onderweg plekken zijn waar aan de weg gewerkt wordt. In Nederland doe ik dat niet zo vaak, omdat er altijd goede omleidingen te vinden zijn. Ergens op de Highway 1 gaan rijden zonder je voor te bereiden: niet doen! Google hielp ons een handje, door direct een alternatieve route aan te geven, maar anders hadden we vlak voor de camping gestaan, maar een uur terug moeten rijden, om vervolgens 2 uur daarna nog een omweg te volgen naar de camping.. ALTIJD je route checken dus. En niet vertrouwen op wellicht omgevallen of missende verkeersborden.

MINDER: De Jetlag. Vooral bij het (terug)reizen naar het oosten.

Ik raad natuurlijk iedereen aan deze reis te doen. Maar, mijn god, die jetlag! Jammer dat de aarde zo draait dat je niet onder zo’n ding uit kan komen. “Ja, of ga niet zo ver weg!” “Ja maar, ja maar..” Dan kun je dus nooit zo’n vette reis maken. “Maar dan is het je eigen schuld.” “Ja, dat weet ik. Mag ik er dan niet over klagen?

Nou ja klagen mag af en toe. Kinderen kun je namelijk niet vertellen dat ze een dag wakker moeten blijven om ’s avonds vroeg te slapen en zo sneller in het ritme willen komen. Als hun gevoel zegt dat het midden in de nacht is, willen ze ook overdag gewoon slapen. Toen we aankwamen is Kobe zelfs op de Jetkids (zie item hieronder) in slaap gevallen. Dat is heen wel een meevallertje omdat je dan op vakantie gaat, alles is spannend en nieuw. Moe ben je toch wel van de vlucht, dus die jetlag valt pas op als je de tweede dag om 16u omvalt van de slaap. En zelfs dan is er overdag zoveel gebeurd, dat om 16u niet zo erg is om naar bed te gaan. Op vakantie kan dat ook! De kindjes wakker houden is dan ook op zich wel te doen. Zeker als je veel te zien hebt. De beste tip die ik heb gekregen tijdens de jetlag: houd de kinderslaapjes wel gewoon aan (en maak ze wakker als die normaal klaar zouden moeten zijn). Je wilt geen oververmoeid kind naar bed moeten brengen.

Heen was dus wel te doen. Maar die jetlag terug.. pfoe! Daar hebben we nu nog steeds last van. Vicky is ’s avonds klaarwakker en heeft dan last van verlatingsangst. Want; mama, waarom verlaat je de kamer als het tijd is om op te staan.. Heb ik het ervoor over gehad? Ja. Was/Is het zwaar? Ja.

GOED: De Jetkids!

Via Marktplaats hebben wij een Jetkids gehuurd. Een wagentje waar Kobe op kon zitten als hij moe was én een uitschuifbaar bedje voor tegen de vliegtuigstoel aan. Ideaal voor de langere vluchten waar je peuter af en toe niet met zijn benen omlaag maar omhoog wil kunnen zitten of even wil liggen dutten/slapen.

Wij waren 100 borg kwijt en 15,- per week om te huren, vond ik heel erg meevallen!

Hieronder zie je de jetkids: Het lichtgrijze koffertje met touwtje eraan (die hebben we er zelf aan vast moeten maken om Kobe vooruit te trekken. Bij het huren: let erop dat die er nog aan zit!)

Meer van dit lijstje volgt in mijn blog volgende week…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *