
Time flies when you’re having a baby
Toen Elia een baby was, fantaseerde ik over ‘later’, over hoe het zou zijn als hij ‘groot’ zou zijn. Als hij zou kunnen lopen, en woordjes zou zeggen. Ik wist dat dit ging gebeuren, maar ergens kon ik het me ook niet voorstellen. Mijn kleine jongetje, lopend…
Inmiddels loopt (wat zeg ik, rent) hij zo’n beetje de hele dag. Ook zegt hij woordjes (‘appel’, ‘auto’, maar ook ‘agua’). Ik vind dit fantastisch, ook vanuit linguïstisch oogpunt – je bent een talendocent of je bent het niet – maar soms vind ik het te snel gaan. Ik merk dat ik er soms moeite mee heb dat het hele kleine baby-achtige er nu af is.
Hij wil niet meer de hele tijd op schoot, hij wil niet dat ik hem voer, hij is steeds onafhankelijker. En zo hoort het, dat weet ik. Maar soms verlang ik terug naar de tijd waarin hij net geboren was. Niet naar de korte nachten, wel naar het verzorgende aspect. Natuurlijk, ik verzorg hem nu nog steeds, maar het is anders. Ik hoef niet meer alles voor hem te doen, hij kan (en wil) steeds meer zelf. Als hij nu nog even zelf zijn luier leert verschonen… 😉
Sommige mensen hebben niet zoveel met pasgeboren baby’s, omdat er dan minder interactie is. Ik heb dit zelf nooit als gemis ervaren. Wanneer hij huilde, pakte ik hem op en wiegde ik hem, waarna hij vervolgens (soms) weer stil werd. Dat is ook interactie.
Elke leeftijd heeft zijn voor- en nadelen, zijn leuke en minder leuke kanten. De band tussen ons wordt niet beter of slechter, maar simpelweg anders. Elia wil niet meer de hele dag op schoot, maar als hij bang is of pijn heeft ben ik de eerste die hij vastgrijpt.
Dus groei, kleine grote jongen, groei. Ik leer er wel mee omgaan. ♥